Strafcorners
Voor strafcorners wordt net als op het veld de regel ‘te vroeg in- en uitlopen bij een strafcorner’ van kracht.
· Indien een verdediger bij een strafcorner te vroeg uitloopt, moet de strafcorner opnieuw genomen worden en moet deze verdediger achter de middenlijn plaatsnemen. Indien de keeper te vroeg uitloopt moet een andere verdediger achter de middenlijn (het team zelf bepaald welke verdediger dit moet zijn).
· Indien een aanvaller te vroeg de cirkel inloopt moet hij ook achter de middenlijn plaatsnemen.
· Bij een strafcorner bepaalt het verdedigende team met hoeveel man men op de achterlijn gaat staan. Spelers die niet op de achterlijn staan moeten achter de middenlijn plaatsnemen.
· Opzettelijk de bal over de achterlijn spelen door een verdediger is strafcorner.
· In de zaal kunnen geen ‘lange corners’ gegeven worden. Dit is dan een uitpush.
· De Keeper stelt zich op achter de doellijn in het doel. De verdedigers staan òf achter de achterlijn aan de andere kant dan waar de strafcorner wordt genomen òf ze staan achter de middenlijn.
· Een verdediger met een masker op mag zijn verdedigende actie afmaken. Hij mag niet actief meedoen aan een spelopbouw. Hij moet eerst zijn masker afdoen.
Spelhervattingen
· Alle spelers moeten op 3 meter afstand staan.
· Een spelhervatting (vrije push, inpush, uitpush en beginpush) mag met een self-pass (bal moet 3 meter hebben gerold met 2 duidelijke tikjes) worden genomen. De bal moet zichtbaar stilgelegd worden voordat hij de spelhervatting mag nemen.
· Bij spelhervattingen voor de aanvallende partij op de helft van de tegenstander mag de bal niet rechtstreeks de cirkel ingespeeld worden. Dit mag via de balk, via of door een andere speler of nadat de bal eerst 3 meter heeft gerold.
· Krijgt een aanvaller dicht bij de cirkel een vrije push of inpush, dan moet de bal teruggelegd worden tot 3 meter buiten de cirkel.
De bal mag niet rechtstreeks de cirkel ingespeeld worden. Echter de balk heft alles op ! De bal mag via de balk de cirkel in of je mag via de balk naar jezelf spelen.
· Spelhervattingen moeten ‘nabij’ de plaats van de overtreding worden genomen. Gebeurt dit niet dan is overnemen geen optie: het is doorspelen of vrije push tegen.
Gebruik van lichaam en stick
· Het ‘door de man spelen’ is gewijzigd t.o.v. vorig jaar: Als een verdediger zijn stick op de grond legt betekent niet meer dat elke pass in die richting is geblokkeerd. Slechts een harde pass van dichtbij (minder dan 3 meter) die bewust door een tegenstander heen wordt gespeeld die zijn stick volledig voor zich op de grond heeft liggen is verboden en moet worden afgefloten. Dit kan nl. leiden tot blessures.
Criteria zijn dus: gevaar, opzet en afstand tot de tegenstander. Dit wordt bestraft met eerst groen (waarschuwing) en bij herhaling direct geel. Dus alleen fluiten bij de bewuste harde bal van dichtbij.
· Duidelijk moet zijn dat de stick al op de grond ligt alvorens de bal wordt gespeeld. Is dit niet het geval dan is er geen sprake van een overtreding.
· Een verdediger die duidelijk met zijn stick en/of lichaam een pass of looplijn bij de balk ‘dichtzet’ moet worden beschermd als een aanvaller hier een bal doorheen wil spelen. De aanvaller zal een andere weg moeten kiezen.
Spelen van de bal
· Wanneer er een speelbeweging (lees slagbeweging) wordt ingezet op meer dan 50 cm van de bal, dan is er sprake van een slapshot en dat is een slag, is dus verboden.
· Een bal is hoog als een bal in het normale spel een maximale hoogte heeft van 10 cm. Hier moet voor gefloten worden als de tegenstander hier ‘hinder’ van heeft.
Als bij het stoppen van de bal de bal niet meer dan 30 cm opstuit en er geen tegenstander in de buurt is, kan het spel gewoon doorgaan.
· Een laag schot op de keeper dat hoog terugkomt van de keeper is een strafcorner. Een hoog schot dat hoog terugkomt van de keeper is doorspelen tenzij gevaarlijk. Indien gevaarlijk dan strafcorner.
· Liggend spelen mag niet. Liggend spelen is echt liggen of een knie , arm of hand (andere dan je stickhand) op de grond.
Keeper
· De keeper moet een volledige uitrusting aan hebben. De keeper mag alleen op zijn eigen helft spelen (behalve om een strafbal te nemen – maar dan zonder helm).
· De keeper mag liggend spelen binnen de cirkel als de bal binnen de cirkel is.
· De keeper mag een hoge bal ‘wegkaatsen’. Hij mag de bal niet weg slaan.
· Een vliegende keep is een veldspeler met een ander shirt aan en heeft een helm op bij een strafcorner en strafbal. Spelen met de helm op mag , maar alleen op eigen helft. De vliegende keep mag geen verdere keepersuitrusting dragen.
Team en begeleiders
· Een zaal team bestaat uit maximaal 12 spelers.
· Op de bank mogen maximaal 6 wisselspelers zitten en 4 begeleiders.
· Begeleiders coachen het team, niet de scheidsrechters.
· Begeleiders nemen plaats op de bank. Ze mogen zich op ca. 1,5 meter van de bank ‘bewegen’.
Persoonlijke straffen
· Bij het geven van een kaart wordt de tijd stilgezet.
· Groene kaart = waarschuwing. Twee keer groen = geel. Twee keer geel = rood.
· Tijdstraf bij gele kaart:
o 2 minuten voor verbale vergrijpen en minder zware hockey-technische vergrijpen zoals geen afstand of bal wegtikken).
o 5 minuten voor fysieke overtredingen op het lichaam gericht.
o 5 minuten voor teambegeleiders die teveel aanmerkingen hebben op de (=> moeten dan plaatsnemen op de tribune en mogen zich niet met het spel bemoeien).
Tijdwaarneming
Dit wordt gedaan of door de zaalwacht of door de scheidsrechters. Nooit beide.
Wij wensen iedereen veel plezier en ZAALsucces toe !
TC Daring.